Onderzoek En Inzicht
Corrosie
Corrosie kan optreden op uitwendige en inwendige oppervlakken van leidingen, tanks en radiatoren. In de ontwerpfase moet rekening worden gehouden met diverse zaken zoals leidingmateriaal, isolatie, medium, vochtigheid en luchtspoeling etc.
Inwendige corrosie kan optreden als er zuurstof in de leiding zit of als het medium zeer snel door de koppelingen stroomt. Om corrosie te voorkomen dient het toerental van het systeem niet te hoog te zijn en moet worden voorkomen dat lucht in het systeem komt. Gebruik bijvoorbeeld geen leidingen waarin lucht kan diffunderen. Er kunnen zo nodig ontluchtingsopeningen worden aangebracht, aangezien dit de hoeveelheid zuurstof in het water zal beperken.
Uitwendige corrosie treedt op wanneer een stalen leiding is aangebracht in een vochtige omgeving of wanneer condensatie optreedt op het oppervlak van een leiding die wordt gebruikt voor het transport van een koud medium. De buitenoppervlakken van leidingen van het koelsysteem moeten dus worden beschermd tegen corrosie, of gemaakt zijn van niet-corrosieve materialen zoals kunststof. Omdat lucht door kunststof kan diffunderen dienen kunststof leidingen niet samen met stalen leidingen te worden gebruikt.
Corrosie kan optreden in een tank of radiator wanneer slurrie neerslaat op de bodem of wanneer lucht zich ophoopt aan de bovenkant.
Spleetcorrosie is een plaatselijke vorm van corrosie. In het algemeen gaat metaalcorrosie gepaard met de afbraak van een blootliggend metalen oppervlak. Corrosie treedt op in diverse vormen, variërend van uniforme aantasting over het gehele oppervlak tot ernstige plaatselijke aantasting.
Spleetcorrosie begint gemakkelijker dan bijvoorbeeld putcorrosie, een andere vorm van plaatselijke corrosie. Spleetcorrosie treedt op bij nauwe openingen of ruimtes tussen twee metalen oppervlakken of tussen metalen en niet-metalen oppervlakken. Dit verschijnsel wordt gewoonlijk geassocieerd met omstandigheden waarbij het medium stilstaat in de spleet. Spleten, zoals aangetroffen bij flenskoppelingen of bij schroefdraadverbindingen, zijn dus vaak het meest vatbaar voor corrosie.
Corrosievermoeiing beschrijft een situatie waarbij een metaal gelijktijdig wordt blootgesteld aan zowel mechanische vermoeiing als corrosie. Zuivere mechanische vermoeiing beschrijft een toestand waarbij een materiaal kan bezwijken als gevolg van een cyclische belasting ver beneden de ultieme treksterkte.
Als het metaal gelijktijdig wordt blootgesteld aan zowel een corrosieve omgeving als mechanische vermoeiing, dan kan het bezwijken plaatsvinden bij een nog lager spanningsniveau en na een kortere tijdsduur. In tegenstelling tot zuivere mechanische vermoeiing kent deze corrosie-ondersteunde vermoeiing geen vermoeiingsgrens.
Intergranulaire corrosie treedt op bij korrelgrenzen. Intergranulaire corrosie wordt ook wel interkristallijne corrosie genoemd. Zoals de naam al aangeeft treedt intergranulaire corrosie op aan de korrelgrenzen. Intergranulaire corrosie wordt ook wel interkristallijne corrosie genoemd.
Dit type corrosie treedt doorgaans op wanneer chroomcarbide neerslaat bij de korrelgrenzen tijdens het lasproces of gerelateerd aan onvoldoende warmtebehandeling. Een smal gebied rond de korrelgrens kan daardoor minder chroom bevatten, en daardoor minder corrosiebestendig zijn dan de rest van het materiaal. Dit is betreurenswaardig omdat chroom een belangrijke rol speelt bij de corrosiebestendigheid.
Voorbeelden van metalen die onderworpen zijn aan intergranulaire corrosie:
- RVS, dat onvoldoende is gelast of onderworpen aan warmtebehandeling
- Roestvast staal EN 1.4401 (AISI 316) in geconcentreerd salpeterzuur
Grundfos levert corrosiebestendige pompen, bijvoorbeeld gemaakt met titanium, voor extreme omstandigheden.